Verbeteren en beschermen van de biodiversiteit
Leeswijzer
Bij de nationale belangen, waarbij sprake is van de hiervoor genoemde ‘verplichte plannen’, staat in deze Toelichting aangegeven wat de strategisch relevante delen zijn, die in de NOVI zijn opgenomen. Deze zijn dan opgenomen onder de kop Strategisch relevante delen van beleid, dat opgaat in de NOVI.
Daarnaast is er beleid, dat niet opgaat in de NOVI, maar dat inhoudelijk wel verband houdt met de nationale belangen die in de NOVI aan bod komen. Immers, die nationale belangen zijn vaak gestoeld op breder rijksbeleid. Waar nodig wordt dit beleid, en in sommige gevallen ook programma’s, wet- en regelgeving en verdragsinformatie ter informatie genoemd. Deze informatie is opgenomen onder het kopje Gekoppeld huidig beleid.
Strategisch relevante delen van beleid, dat opgaat in de NOVI
- Rijksnatuurvisie[1]: De Rijksnatuurvisie gaat wat betreft strategisch ruimtelijke aspecten op in de NOVI, maar blijft in stand wat betreft de beleidsmatige aandacht voor de maatschappelijke waarde van natuur en biodiversiteit.
- Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR): De beleidsmatige onderbouwing uit de SVIR van de relevante artikelen uit het Bkl/Barro (zie tabel 'Relatie NOVI met SVIR').
Gekoppeld huidig beleid
Voor dit nationaal belang zijn delen van onderstaande wet- en regelgeving, beleidsnota’s en beleidsprogramma’s relevant:
- Visie Landbouw, Natuur en Voedsel: Waardevol en verbonden[2]: de visie geeft een beschrijving van de ambitie om te komen tot Kringlooplandbouw;
- Wet Natuurbescherming[3];
- Natuurnetwerk Nederland[4]; - vergroten areaal van natuurgebieden; Bossenstrategie;[5]
- Natuurambitie Grote Wateren[6]/Programmatische aanpak Grote Wateren[7]
- Beleidsnota Noordzee 2016-2021en Noordzeestrategie 2030[8];
- Structuurvisie Wadden[9];
- Ontwerp-Rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak-Zoommeer[10];
- Aanwijzingsbesluiten en beheerplannen Natura 2000[11];
- Structurele aanpak stikstof[12];
- Nitraatactieprogramma[13];
- (vergroening) gemeenschappelijk landbouwbeleid (Landbouwwet)[14];
- (vergroening) gemeenschappelijk visserijbeleid (Visserijwet 1963)[15];
- Internationale afspraken, o.a. in AEWA-verband[16] (trekvogels die van Afrika naar Europa vliegen en vice-versa);
- Toelating gewasbeschermingsmiddelen (Wet gewasbescherming en biociden[17]);
- Bekendmaking rode lijsten[18];
- Natuurcompensatie in de nota Mainport Rotterdam[19];
- Natuurcompensatie in de Structuurvisie Natuurbescherming Randstad Kv verbinding, onderdeel van de PKB Randstad 380 Kv verbinding Haarlemmermeer Oost[20]
- Rijksstructuurvisie Windenergie op Zee[20];
- Structuurvisie wind op land[21].
Het bestaande natuurbeleid richt zich op twee elkaar aanvullende hoofdoelen: herstel biodiversiteit en benutten natuurlijk kapitaal.
Herstel van de biodiversiteit
Essentieel voor het herstel van de biodiversiteit zijn het gebiedenbeleid, kwaliteitsbeleid (milieu en water) en het soortenbeleid.
Soorten en populaties hebben voldoende ruimte en gebieden nodig om te kunnen voortleven. Die ruimte wordt gecreëerd via de ontwikkeling van het Nationaal Natuurnetwerk, de Natura 2000-gebieden en de Nationale Parken. Het geheel vormt robuuste natuurgebieden die onderling met elkaar verbonden zijn en deels overlappen. Met provincies zijn over de landnatuur afspraken gemaakt in het Natuurpact. Maar ruimte alleen is niet genoeg: planten en dieren stellen ook eisen aan de milieu- en waterkwaliteit. Met het voorgenomen beleid zullen in de meeste wateren niet alle KRW-doelen voor 2027 zelf worden gehaald[22]. De inzet is dat in 2027 voldoende maatregelen zijn genomen om de doelen van de KRW[22] te behalen, ook om een bijdrage te leveren aan de optimalisatie van de milieu en watercondities van natuurgebieden
Voor sommige bedreigde soorten wordt specifiek aanvullend beleid gevoerd, zoals agrarisch natuurbeheer voor weidevogels of herstelprogramma’s voor de korhoender en de otter.
Duurzaam benutten natuurlijk kapitaal
Voor het stoppen van de achteruitgang van de biodiversiteit en het herstel ervan is het beleid gericht op beschermde gebieden en soorten niet toereikend. Het in mei 2019 in Parijs gepubliceerde Global Assessment Rapport van de IPBES, geeft aan dat de internationaal in CBD-verband afgesproken doelen (uiterlijk in 2020 is de achteruitgang van biodiversiteit gestopt) niet gehaald worden, en dat een veel fundamentelere omslag nodig is in ons economisch systeem, gericht op een duurzame wijze van produceren en consumeren, waarbij economie en ecologie met elkaar in balans zijn en de natuurlijke hulpbronnen behouden blijven. De Rijksnatuurvisie uit 2014[23] benadrukt al het belang van duurzaam behouden, benutten en beleven van het natuurlijk kapitaal, dat wil zeggen: van de waarde die de natuur (ecosysteemdiensten, functiecombinaties, en dergelijke) naast de intrinsieke waarde heeft voor de samenleving. De EU heeft in 2020 de Green Deal en de Biodiversiteitsstrategie gepubliceerd. Ook zullen in CBD-verband in 2021 afspraken worden gemaakt. De Green Deal, de Biodiversiteitsstrategie en de afspraken in CBD-verband zullen de komende jaren ook doorwerken in het nationale natuurbeleid, in het beleid voor andere sectoren ), en in het ruimtelijk domein. Denk bij de doorwerking in het beleid van andere sectoren bijvoorbeeld aan de realisatie van de visie op Kringlooplandbouw, de bevordering van groen in de stad, het klimaatbeleid, het waterbeleid, en de Bossenstrategie. Het interdepartementale Programma Versterking Biodiversiteit streeft in dat verband naar het versnellen van de maatschappelijke transitie in Nederland die nodig is om de biodiversiteit te versterken.
Om te bevorderen dat bedrijven, financiële instellingen en overheden bij economische en andere maatschappelijke besluiten rekening houden met de waarden en belangen van de natuur zet het Rijk in op het meer transparant maken van de impact op en afhankelijkheid van natuur. Voor bedrijven zijn of worden hiervoor in internationaal verband kaders en standaarden ontwikkeld zoals het Natural Capital Protocol[24] en richtlijnen voor integrale bedrijfsrapportages. Op nationaal niveau draagt het ministerie van LNV bij aan diverse initiatieven van financiële instellingen, die bevorderen dat het belang van biodiversiteit beter wordt betrokken in financiële besluitvormingsprocessen. Dit brengt met zich mee dat steeds meer interesse ontstaat in gebiedsgericht investeren met positieve impact op natuur. Voor de besluitvorming bij overheidsplannen is een MKBA-werkwijzer Natuur ontwikkeld. In 2020 wordt door het CBS een stelsel van Natuurlijke Kapitaal Rekeningen voor Nederland afgerond. Deze levert natuurgerichte indicatoren en kengetallen voor de Monitor Brede Welvaart, die ook benut kunnen worden als informatiebron en analysetool bij het vormgeven van gebiedsgericht beleid. Samen met betrokken organisaties werkt het Rijk aan opschaling van het gebruik van deze methoden.
Toelichting sluiten