Leeswijzer
Bij de nationale belangen, waarbij sprake is van de hiervoor genoemde ‘verplichte plannen’, staat in deze Toelichting aangegeven wat de strategisch relevante delen zijn, die in de NOVI zijn opgenomen. Deze zijn dan opgenomen onder de kop Strategisch relevante delen van beleid, dat opgaat in de NOVI.
Daarnaast is er beleid, dat niet opgaat in de NOVI, maar dat inhoudelijk wel verband houdt met de nationale belangen die in de NOVI aan bod komen. Immers, die nationale belangen zijn vaak gestoeld op breder rijksbeleid. Waar nodig wordt dit beleid, en in sommige gevallen ook programma’s, wet- en regelgeving en verdragsinformatie ter informatie genoemd. Deze informatie is opgenomen onder het kopje Gekoppeld huidig beleid.
Waarborgen van een goede waterkwaliteit, duurzame drinkwatervoorziening en voldoende beschikbaarheid van zoetwater
Zoetwatervoorziening
De waterbeschikbaarheid neemt af waardoor meer zoetwatertekorten zullen ontstaan. Oorzaak is de versnelde klimaatverandering: minder rivierafvoer, langere droge perioden en zeespiegelstijging waardoor de verzilting, als gevolg van kwel en zoutintrusie, toeneemt.
Voldoende zoetwater is een gedeelde verantwoordelijkheid: het vereist samenhangende inspanningen in het hoofdwatersysteem, het regionale watersysteem én bij de gebruikers. In gebieden die water uit het hoofdwatersysteem ontvangen, wordt de aanvoer zo slim mogelijk benut. In gebieden zonder wateraanvoer uit het hoofdwatersysteem wordt nog meer ingezet op beter vasthouden en slimmer benutten van zoetwater. Efficiënt en zuinig watergebruik, en de mogelijkheden om water zoveel mogelijk vast te houden en te bergen in de regio, zijn belangrijk voor de zoetwatervoorziening en de leefomgeving. Verzilting in gebieden die daar gevoelig voor zijn, proberen we zoveel mogelijk te voorkomen. Ondanks alle inspanningen zal de verzilting op sommige plaatsen toenemen, wat effect zal hebben op het landgebruik.
Cruciale gebruiksfuncties moeten in perioden van watertekort beschermd worden volgens de wettelijk vastgelegde verdringingsreeks. Het Rijk werkt aan het inzichtelijk maken van de ‘waterbeschikbaarheid’ in Nederland door informatie te bieden over het risico op watertekorten en handelingsperspectieven te bieden om te anticiperen op klimaatverandering. Op internationaal niveau zet het Rijk in op afspraken over de bescherming van Rijn en Maas voor de zoetwatervoorziening in Nederland. De afspraken richten zich op voldoende water van de juiste kwaliteit.
Drinkwater
Drinkwater is een eerste levensbehoefte: de kwaliteit van dat drinkwater heeft grote effecten op de volksgezondheid. De Drinkwaterrichtlijn[1] geeft daarvoor een belangrijk Europees wettelijke kader.
Er is voor drinkwater een wettelijke bevoegdheidsverdeling. Het realiseren van de drinkwatervoorziening is de verantwoordelijkheid van alle bestuurslagen; het Rijk is systeemverantwoordelijk. Vanwege de vitale functie van de drinkwatervoorziening is deze aangemerkt als ‘dwingende reden van groot openbaar belang’[2], met een zorgplicht van de bestuursorganen. Binnen de ruimtelijke ordening moeten bestuursorganen drinkwaterbelangen afwegen tegen, of afstemmen op, andere gebruiksfuncties en belangen. Essentieel is dat het gaat om een gezamenlijk afwegingsproces voor alle bestuursniveaus. De juridische doorwerking van de Drinkwaterrichtlijn gebeurt in de Drinkwaterwet en de onderliggende regelgeving. Beleidsmatig gebeurt dat in de Beleidsnota Drinkwater (BNDW)[3] en de Structuurvisie Ondergrond[4].
De Kaderrichtlijn Water (KRW)[5] verplicht de lidstaten om de waterlichamen waaruit drinkwater wordt geproduceerd te beschermen om zodoende achteruitgang van de kwaliteit te voorkomen en (op termijn) tot een verbetering van de kwaliteit te komen. Dit moet op den duur leiden tot een lagere zuiveringsinspanning. Dit is overgenomen in de BNDW.
In de Beleidsnota Drinkwater staat dat ‘alle betrokken overheden en de drinkwaterbedrijven een tandje moeten bijschakelen voor de bescherming van drinkwaterbronnen’ (BNDW[6] pagina 8). Belangrijk zijn onder andere de zorgplichtbepaling uit de Drinkwaterwet die voor alle bestuursorganen geldt, het vormgeven van een preventieladder en het (laten) aanwijzen van aanvullende strategische voorraden (ASV’s), inclusief een bijbehorend beschermingsbeleid en nationale grondwaterreserves (NGR’s). ASV’s worden door provincies aangewezen en moeten ervoor zorgen dat drinkwaterbedrijven - ook bij een sterk stijgende drinkwatervraag - op middellange termijn (tot 2040/2050) over voldoende (schone) bronnen kunnen beschikken. NGR’s zijn, vaak diep gelegen, zeer schone (oude) grondwaterpakketten. Ze zijn bestemd om te behouden (natuurlijk kapitaal) en om onder alle omstandigheden veilig te stellen voor toekomstige generaties.
In de Structuurvisie Ondergrond[7] is beleid opgenomen over de ruimtelijke begrenzing en bescherming van grondwater voor de drinkwatervoorziening:
- Voldoende mogelijkheden voor de winning van grondwater voor de drinkwatervoorziening. Daarbij wordt gestreefd naar een goede balans tussen bescherming van grondwatervoorraden en mogelijkheden voor mijnbouwactiviteiten voor de energievoorziening;
- Geen mijnbouwactiviteiten in de huidige grondwaterbeschermingsgebieden en boringsvrije zones;
- Aanwijzing van Aanvullende Strategische Voorraden door provincies en vaststellen bijbehorend beschermingsbeleid;
- 3D-begrenzing en bescherming Nationale Grondwater Reserves;
- Evaluatie van het huidige provinciale grondwaterbeschermingsbeleid en mogelijkheden van 3D-bescherming.
Waterkwaliteit
Het is van nationaal belang dat we in Nederland een goede waterkwaliteit behouden en realiseren. Een goede waterkwaliteit is nodig om het water te kunnen inzetten voor verschillende functies. Daarnaast draagt het bij aan diverse Europese verplichtingen (KRW, KRM, Natura 2000, Drinkwaterrichtlijn en Zwemwaterrichtlijn).
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) geeft aan dat met het voorgenomen beleid in de meeste wateren niet alle KRW-doelen voor 2027 zullen worden gehaald. Zonder aanscherping van het voorgenomen beleid zullen de doelen ook op langere termijn niet overal haalbaar zijn[8]. In 2027 moeten voldoende maatregelen genomen zijn om de doelen van de KRW te behalen. Dit draagt tevens bij aan nationale opgaven voor natuur en biodiversiteit.
In de grote wateren is in 2050 volledig uitvoering gegeven aan inrichtingsmaatregelen om deze natuurlijker, klimaatrobuuster en toekomstbestendiger te maken, zodat ‘een goede ecologie samen kan gaan met een krachtige economie’. De chemische waterkwaliteit van oppervlaktewater verbetert doordat in 2020 minimaal 25 zuiveringspilots bij rioolwaterzuiveringsinstallaties zijn gestart, evenals pilots in de gezondheidszorg (aan het begin van de keten). Alle bevoegde gezagen moeten voorkomen dat chemische stoffen in water ertoe leiden dat er gevaren voor mens en milieu ontstaan. Met de Delta-aanpak Waterkwaliteit geven alle betrokken partijen samen een impuls aan de verbetering van de waterkwaliteit. Gewerkt wordt aan verdere reductie van de diffuse fosfaat- en nitraatbelasting, mogelijk ook door aanpassing van landgebruik (welke gewassen worden geteeld in verschillende gebieden). Realisatie van de gewenste kwaliteit van grond- en oppervlaktewater vraagt om het inrichten van gebieden en grote wateren en aanpassing van landgebruik. Ook is daarvoor de transitie naar kringlooplandbouw nodig, met een efficiënter gebruik van meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en zoetwater, waardoor emissies afnemen en milieu- en waterkwaliteitsdoelen worden gehaald. Om doelen in grond- en oppervlaktewater te kunnen behalen is in bepaalde gebieden, bijvoorbeeld zuidelijk zandgebied, een aangepast agrarisch grondgebruik en waterbeheer nodig. Een gezond en goed functionerend water- en bodemsysteem is van groot belang voor de landbouw, de natuur en de functies in het stedelijk gebied.
Strategisch relevante delen van beleid, dat opgaat in de NOVI
- Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR): De beleidsmatige onderbouwing uit de SVIR van de relevante artikelen uit het Bkl/Barro (zie tabel 'Relatie NOVI met SVIR').
Gekoppeld huidig beleid
Voor dit belang zijn delen van onderstaande beleidsnota’s en beleidsprogramma’s relevant:
- Bestuursakkoord Water[9]
- Aanvullende afspraken Bestuursakkoord Wate3[10]
- Beleidsnota Noordzee 2016-2021[11]
- Nationaal Waterplan 2016-2021[12] (inclusief overstromingsrisicobeheerplannen)
- Nationaal Milieubeleidskader[13]
Waterkwaliteit, drinkwatervoorziening en zoetwater:
- Deltaplan Zoetwater[14]
- Delta-aanpak Waterkwaliteit[15]
- Structuurvisie Ondergrond (STRONG)[16]
- Beleidsnota Drinkwater[17]
- Programmatische Aanpak Grote Wateren[18]
- Meerjarenplan 2018-2020 Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond[19]
Toelichting sluiten